De in punt 3, onder c), van bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 479/2008 bedoelde producten en geconcentreerde druivenmost en gedeeltelijk gegiste druivenmost van ingedroogde druiven als bedoeld in punt 3, onder f), iii), van die bijlage IV, die worden gebruikt voor de bereiding van likeurwijn met een beschermde oorsprongsbenaming, moeten afkomstig zijn van het gebied waarvan de betrokken likeurwijn met beschermde oorsprongsbenaming de naam draagt.
Die Erzeugnisse gemäß Anhang IV Nummer 3 Buchstabe c der Verordnung (EG) Nr. 479/2008 sowie der konzentrierte Traubenmost und der teilweise gegorene Traubenmost aus eingetrockneten Weintrauben nach Nummer 3 Buchstabe f Ziffer iii des genannten Anhangs IV, die zur Herstellung eines Likörweins mit geschützter Ursprungsbezeichnung verwendet werden, müssen aus der Region stammen, dessen Namen der betreffende Likörwein mit geschützter Ursprungsbezeichnung trägt.