4. De lidstaten verrichten controles overeenkomstig gedetailleerde uitvoeringsbepalingen die volgens de in artikel 90, lid 2, bedoelde procedure worden vastgesteld, betreffende met name het type en de intensiteit van de controles, die moeten zijn aangepast aan de aard van de verschillende maatregelen voor plattelandsontwikkeling.
(4) Die Kontrollen durch die Mitgliedstaaten werden nach Durchführungsbestimmungen vorgenommen, die nach dem in Artikel 90 Absatz 2 genannten Verfahren erlassen werden, insbesondere hinsichtlich der Form und Intensität der Kontrollen entsprechend der Art der verschiedenen Maßnahmen der Entwicklung des ländlichen Raums.