De vergoeding die de rechthebbenden krijgen als gevolg van de toepassing zonder onderscheid van een dergelijke heffing op ondernemingen en vrijeberoepsbeoefenaren die blijkens de ervaring apparatuur en gegevensdragers voor digitale weergave voor andere doeleinden dan voor privé-gebruik kopen, vormt geen "billijke compensatie" in de zin van de richtlijn.
Die Vergütung, die den Rechtsinhabern infolge der unterschiedslosen Anwendung einer solchen Abgabe auf Unternehmen und Freiberufler, die erfahrungsgemäß Geräte und Datenträger zur digitalen Wiedergabe zu anderen Zwecken als dem des privaten Gebrauchs erwürben, zugesprochen werde, stelle keinen „gerechten Ausgleich“ im Sinne der Richtlinie dar.