In zoverre de door de minister van Binnenlandse Zak
en opgestelde lijst niet in overeenstemming zou zijn met de in artikel 44/5, § 1, eerste lid, 2°, van de wet op het politieambt vervatte definitie van « fenomenen van bestuurlijke politie »
, staat het aan dat Controleorgaan, in voorkomend geval op verzoek van de in artikel 36ter/8 van de Privacywet vermelde organen en overheden, de noodzakelijke initiatieven te nemen met het oog op
...[+++] het ongedaan maken van die onwettigheid.
Insofern die durch den Minister des Innern erstellte Liste nicht mit der in Artikel 44/5 § 1 Absatz 1 Nr. 2 des Gesetzes über das Polizeiamt enthaltenen Definition von « verwaltungspolizeilichen Phänomenen » übereinstimmen sollte, obliegt es diesem Kontrollorgan, gegebenenfalls auf Bitte der in Artikel 36ter/8 des Gesetzes über den Schutz des Privatlebens angeführten Organe und Behörden, die notwendigen Initiativen zu ergreifen, um diese Gesetzwidrigkeit zu beheben.