Paragraaf 3, tweede lid, 2°, van dat artikel bepaalt dan dat deze maatregelen « bij vonnis worden bevolen voor een bepaalde duur, uiterlijk tot de dag waarop de betrokkene de leeftijd van twintig jaar heeft bereikt, wanneer het gaat om personen die na de leeftijd van zeventien jaar een als misdrijf gekwalificeerd feit hebben gepleegd ».
Paragraph 3 Absatz 2 Nr. 2 dieses Artikels bestimmt nunmehr, dass diese Massnahmen « durch ein Urteil für eine bestimmte Dauer, die spätestens an dem Tag endet, an dem der Betreffende das Alter von zwanzig Jahren erreicht, angeordnet werden, wenn es sich um Personen handelt, die nach dem Alter von siebzehn Jahren eine als Straftat qualifizierte Tat begangen haben ».