I. verontrust over de wijdverbreide armoede, de verslechterende sociale omstandigheden, de afhankelijkheid van de nationale economie, de zwakten en onderlinge verdeeldheid van de oppositie en het feit dat het leiderschap in toenemende mate tot repressief optreden overgaat,
I. in Anbetracht der weit verbreiteten Armut, der sich weiter verschlechternden sozialen Bedingungen, der Abhängigkeit der Volkswirtschaft, der Schwäche und Zersplitterung der Opposition und der zunehmend repressiven Führungen,