De wetgever blijkt bijgevolg
zelf van oordeel te zijn geweest dat de in het kader van een schorsingsprocedure bij de Raad van State geldende voorwaarde inzake het bestaan van « een moeilijk te herstellen ernstig nadeel » diende te worden geschrapt om tegemoet te komen aan de richtlijn 89/665/EEG van de Raad van 21 december 1989 « houdende de coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toepassing van de beroepsprocedures inzake het plaatsen van overheidsopdrachten voor le
veringen en voor de uitvoering van werken » en aan ...[+++] de richtlijn 92/13/EEG van de Raad van 25 februari 1992 « tot coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toepassing van de communautaire voorschriften inzake de procedures voor het plaatsen van opdrachten door diensten die werkzaam zijn in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en telecommunicatie », die beide in hun artikel 1, lid 3, bepaalden :Folglich scheint der Gesetzgeber selbst der Au
ffassung gewesen zu sein, dass die im Rahmen eines Aussetzungsverfahrens beim Staatsrat geltende Bedingu
ng in Bezug auf das Bestehen « eines schwer wiedergutzumachenden ernsthaften Nachteils » abgeschafft werden musste, um der Richtlinie 89/665/EWG des Rates vom 21. Dezember 1989 « zur Koordinierung der Rechts- und Verwaltungsvorschriften für die Anwendung der Nachprüfungsverfahren im Rahmen der Vergabe öffentlicher Liefer- und Bauaufträge » und der Richtlinie 92/13/EWG des Rates vom 25. F
...[+++]ebruar 1992 « zur Koordinierung der Rechts- und Verwaltungsvorschriften für die Anwendung der Gemeinschaftsvorschriften über die Auftragsvergabe durch Auftraggeber im Bereich der Wasser-, Energie- und Verkehrsversorgung sowie im Telekommunikationssektor » zu entsprechen, die beide in ihrem Artikel 1 Absatz 3 bestimmten: