Het Verdrag bepaalt in dat verband uitdrukkelijk dat « de prerogatieven van de nationale parlementen ten volle [worden] geëerbiedigd » (artikel 3, lid 2, in fine).
Der Vertrag bestimmt in diesem Zusammenhang ausdrücklich, dass « die Vorrechte der nationalen Parlamente [uneingeschränkt gewahrt werden] » (Artikel 3 Absatz 2 in fine).