2. Wanneer een derde voor wiens handelen een persoon niet verantwoordelijk is of die zonder de toestemming van die persoon betrokken is bij het sluiten van een overeenkomst, zich schuldig maakt aan bedrog of bedreiging, kunnen de rechtsmiddelen op grond van dit hoofdstuk worden aangewend indien die persoon op de hoogte was of redelijkerwijs kan worden verondersteld op de hoogte te zijn geweest van de desbetreffende feiten of ten tijde van de vernietiging niet op basis van de overeenkomst handelde.
2. Ist eine dritte Partei, für deren Handeln eine Person nicht verantwortlich ist und die nicht die Zustimmung dieser Person, in den Abschluss des Vertrags einbezogen zu werden, hat, wegen Irrtums oder arglistiger Täuschung schuldig, sind die Rechtsbehelfe dieses Kapitels anwendbar, wenn diese Person die relevanten Tatsachen kannte oder vernünftigerweise kennen musste, oder zum Zeitpunkt der Anfechtung nicht auf der Grundlage des Vertrags handelte.