Aan het Hof wordt een tweede prejudiciële vraag gesteld over de bestaanbaarheid van artikel 111, eerste lid, van het WWROSP met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre die bepaling toestaat een bestaand gebouw te vergroten in afwijking van de voorschriften van de gewestplannen met betrekking tot zowel de gebieden die voor bebouwing zijn bestemd als de gebieden die niet voor bebouwing zijn bestemd, terwijl artikel 111, tweede lid, van hetzelfde Wetboek de verbouwings- of vergrotingswerken van bouwwerken verbiedt die een uitbreiding ten koste van een natuurgebied, een parkgebied of een oppervlakte met een bemerkenswaardig uitzicht zouden inhouden.
Dem Gerichtshof wird eine zweite Vorabentscheidungsfrage gestellt zur Vereinbarkeit von Artikel 111 Absatz 1 des WGBRSE mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, insofern diese Bestimmung es erlaube, ein bestehendes Gebäude in Abweichung von den Vorschriften der Sektorenpläne sowohl in Bezug auf die für eine städtebauliche Erschließung bestimmten Gebiete als auch für die nicht für eine städtebauliche Erschließung bestimmten Gebiete zu vergrößern, während Artikel 111 Absatz 2 desselben Gesetzbuches Umbau- oder Vergrößerungsarbeiten an Bauwerken, die einen Übergriff auf Naturgebiete, Parkgebiete und Umkreise mit bemerkenswertem Ausblick beinhalteten, verbiete.