3. Onverminderd de leden 1 en 2 kunnen lidstaten, na rekening te hebben gehouden met de mate van voorbereiding en paraatheid van de burgers en deze te hebben geëvalueerd, vroegere datums vaststellen dan bedoeld in de leden 1 en 2 of kunnen de betalingsdienstaanbieders in overleg met de nationale SEPA-raad in een lidstaat vroegere datums overeenkomen dan die waarnaar wordt verwezen in de leden 1 en 2.
3. Unbeschadet der Absätze 1 und 2 können die Mitgliedstaaten, nachdem sie den Stand der Vorbereitungen und die Bereitschaft ihrer Bürger geprüft und bewertet haben, oder die Zahlungsdienstleister in Absprache mit dem nationalen SEPA-Ausschuss in einem Mitgliedstaat frühere Termine als die dort genannten festlegen.