258. wijst erop dat het cijfer voor "sociale infrastructuur en diensten" een toewijzing van 13,5% bevat voor "regeringen en het maatschappelijk middenveld", waarvan de hoogste afzonderlijke post 319,9 miljoen euro bedraagt, die bestemd is voor "economische en ontwikkelingsplanning"; merkt op dat deze middelen hoofdzakelijk zijn bedoeld voor administratieve ondersteuning en dat de rechtstreekse relevantie ervan voor de armoedebestrijding twijfelachtig is;
258. relève que 13,5 % des montants correspondants aux "infrastructures et services sociaux" concernent "la société civile et les gouvernements", et que l'élément le plus important, 319,9 millions d'euros, est allé à "la planification économique et du développement"; note que ce montant vise principalement à soutenir la gestion administrative et que son lien direct avec la réduction de la pauvreté est donc contestable;