C - 11. met voorbeelden uitleggen hoe een ionbinding, een atoombinding en een metaalbinding tot stand komen en het verband leggen tussen bindingstype en elektrisch geleidingsvermogen van een zuivere stof;
C - 11. expliquer à l'aide d'un exemple comment s'établissent une liaison ionique, une liaison atomique et une liaison métallique et établir le lien entre le type de liaison et la conductivité électrique d'une substance pure;