Volgens mij beantwoordt de Belgische wetgeving aan het principe van proportionaliteit: de operator kan, enerzijds, encryptie voorstellen om de vertrouwelijkheid van de communicatie te garanderen, maar hij moet, anderzijds, altijd in staat zijn om de communicerende partijen te identificeren.
La législation belge me semble respecter le principe de proportionnalité: l'opérateur peut d'une part proposer la cryptographie afin de garantir la confidentialité des communications, mais doit d'un autre côté toujours être capable d'identifier les parties en communication.