(b) artikel 20 van de Overeenkomst van Napels II voorziet in de m
ogelijkheid dat een functionaris van een douaneadministratie van een lidstaat die op het grondgebied van zijn land een persoon vervolgt die op heterdaad is betrapt bij het begaan van een strafbaar feit als genoemd in artikel 19 (waaronder de sluikhandel in verdovende middelen en ps
ychotrope stoffen), gemachtigd is de vervolging op het grondgebied van een andere lidstaat voort te zetten als de autoriteiten van laatstgenoemde lidstaat om dringende redenen niet vooraf kunne
...[+++]n worden gewaarschuwd ongeacht of de functionaris daarbij de grenzen te land, in de lucht of op zee overschrijdt.
(b) l'article 20 de la Convention de Naples II, qui envisage la possibilité que les agents d'un État membre continuent la poursuite, dans un autre État membre, d'une personne prise en flagrant délit de commission d'une des infractions visées à l'article 19 (parmi lesquelles le trafic illicite de drogues et de substances psychotropes). Cette poursuite peut être menée sans autorisation préalable lorsque les autorités de cet État membre n'ont pu être notifiées, en raison de l'urgence de la situation.