Rekening houdend met de opheffing door een EEG-verordening van 1968 van de aflevering van de grenskaart, heeft een gemengde commissie, samengekomen in juni 1971 en handelend in het kader van de bepalingen van artikel 24 van de Belgisch-Franse overeenkomst, verduidelijkt dat als grensarbeider moet worden beschouwd, elke bezoldigde die, wat ook zijn nationaliteit is, zijn activiteit uitoefent in de grensstreek van één van de twee verdragsluitende Staten en zijn verblijfplaats heeft in de grensstreek van de andere Staat waar hij in principe elke dag naar terugkeert.
Compte tenu de la cessation de la délivrance de la carte frontalière par un règlement CEE de 1968, une commission mixte, réunie en juin 1971 et agissant dans le cadre des dispositions de l'article 24 de la Convention franco-belge, a précisé qu'il y a lieu de considérer comme travailleur frontalier tout salarié qui, quelle que soit sa nationalité, exerce son activité dans la zone frontalière de l'un des deux Etats contractants et a sa résidence dans la zone frontalière de l'autre Etat où il retourne en principe chaque jour.