Wij menen, als steeds, dat de gewetensbezwaren van het individu als uitgangspunt genomen dienen te worden, niet de mate van begrip die anderen voor deze gewetensbezwaren kunnen opbrengen» (Wetenschappelijk Instituut voor het Nederlandse CDA, Gewetensbezwaren vragen aandacht. Den Haag, 1983, blz. 53-54).
Comme toujours, nous estimons qu'il convient de se fonder sur les objections de conscience de l'individu, et non sur la manière dont les autres peuvent comprendre ces objections» (Wetenschappelijk Instituut voor het Nederlandse CDA, Gewetensbezwaren vragen aandacht. Den Haag, 1983, pp. 53-54).