Het Parlement heeft een zorgplicht, en dient dus zorgvuldig te zijn door alle redelijke stappen te nemen om de veiligheidsmaatregelen ten uitvoer te leggen, met het oog op de preventie van redelijkerwijs voorzienbare schade aan de in artikel 3, lid 2, bedoelde personen, gebouwen en fysieke eigendommen van het Parlement.
En vertu de son devoir de vigilance, le Parlement doit faire preuve de diligence en prenant toutes les dispositions raisonnables pour mettre en œuvre les mesures de sécurité visant à prévenir toute atteinte raisonnablement prévisible aux personnes visées à l’article 3, paragraphe 2, aux locaux du Parlement et à ses biens matériels.