« Schenden de artikelen 119, § 2, 121, § 1, en 125, § 2, van de wet van 26 juni 1992 houdende sociale en diverse bepalingen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de gep
ensioneerde die van tafel en bed is gescheiden (toegestaan bij gerechtelijke beslissing), wordt beschouwd als een ' gehuwde gepensioneerde ' van wie een deel van de inkomsten van zijn echtgenoot wordt afgetrokken van het supplement gewaarborgd minimum, terwijl
de van tafel en bed gescheiden gepensioneerde wordt beschouwd als een ' alleenstaande gepensioneerde
...[+++] ', van wie een deel van de inkomsten van zijn echtgenoot dus niet wordt afgetrokken van het supplement gewaarborgd minimum ?
« Les articles 119, § 2, 121, § 1, et 125, § 2, de la loi du 26 juin 1992 portant des dispositions sociales et diverses violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution en ce que le retraité séparé de corps (autorisé par décision judiciaire) est considéré comme un ' retraité marié ' qui se voit déduire du supplément minimum garanti une partie des revenus de son conjoint, alors que le retraité séparé de corps et de biens est considéré comme un ' retraité isolé ', qui ne se voit donc pas déduire du supplément minimum garanti une partie des revenus de son conjoint ?