Art. 18. Indien de in artikel 19, 3°, en artikel 22, 2°, bedoelde verbodsbepalingen langer dan dertig dagen worden gehandhaafd en indien als gevolg daarvan het
onderbrengen van de varkens problemen oplevert, kan de officiële dierenarts, indien de verantwoordelijke een met redenen omkleed verzoek daartoe heeft ingediend, toestemming verlenen om de varkens van een bedrijf in het beschermingsgebied, respectievelijk het toezichtsgebied, af te voeren en te verplaatsen op voorwaarde dat : 1° de feiten zijn vastgesteld; 2° alle varkens op het bedrijf zijn geïnspecteerd; 3° de af te voeren varkens klinisch zijn onderzocht, en geen enkel varke
...[+++]n verdacht aangetast is; 4° de varkens geïdentificeerd zijn conform de bepalingen van het koninklijk besluit van 1 juli 2014 tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor varkens en tot vaststelling van de toelatingsvoorwaarden voor varkensbedrijven; 5° het bedrijf van bestemming gelegen is in het beschermingsgebied of in het toezichtsgebied.Art. 18. Lorsque les interdictions prévues à l'article 19, 3°, et à l'article 22, 2°, sont maintenues au-delà de trente jours et créent ainsi des probl
èmes d'hébergement des porcs, le vétérinaire officiel peut, sur demande justifiée du responsable, autoriser la sortie et le mouvement des porcs d'une exploitation située dans la zone de protection ou dans la zone de surveillance selon les cas, pour autant que : 1° les faits aient été constatés; 2° tous les porcs présents dans l'exploitation aient été inspectés; 3° les porcs à transporter aient subi un examen clinique et qu'aucun ne soit suspect d'être atteint; 4° les porcs soient ident
...[+++]ifiés conformément aux dispositions de l'arrêté royal du 1 juillet 2014 établissant un système d'identification et d'enregistrement des porcs et relatif aux conditions d'autorisation pour les exploitations de porcs; 5° l'exploitation de destination soit située dans la zone de protection ou dans la zone de surveillance.