« Een verzekeringsinstelling erkend krachtens de wet van 18 juni 1930 betreffende de verzekering tegen de geldelijke gevolgen van ouderdom en vr
oegtijdige dood der bedienden, mag ten
alle tijde afstand doen van de mogelijkheid tot het instellen van een regeling tot verzekering van buitenwettelijke voordelen bedoeld in het eerste lid, en van het beheer van de ingestelde regelingen mits de Rijksdienst voor pensioenen of een van de andere Gemeenschappelijke Verzekeringskassen erkend bij voornoemd
...[+++]e wet van 18 juni 1930, haar rechten en haar plichten, haar activa en passiva, wat betreft de verzekering van buitenwettelijke voordelen ingesteld volgens het eerste lid, overneemt.
« Un organisme agréé en vertu de la loi du 18 juin 1930 relative à l'assurance en vue de la vieillesse et du décès prématuré des employés, peut, à tout moment, renoncer à la faculté de conclure des assurances des avantages extra-légaux visé à l'alinéa 1 et à la gestion des assurances conclues, moyennant reprise, par l'Office national des pensions ou par une des Caisses communes d'assurance agréées en vertu de la loi du 18 juin 1930 précitée, de ses droits et obligations, de son actif et de son passif, relatifs aux assurances des avantages extra-légaux conclues en vertu de l'alinéa 1.