(16) De vrijstelling inzake gebiedsbescherming dient te gelden voor de gehele duur van de toegestane perioden, zolang de noodzakelijke octrooien van kracht blijven of de know-how geheim en wezenlijk blijft.
(16) L'exemption de la protection territoriale doit couvrir toute la durée des périodes autorisées, aussi longtemps que les brevets demeurent en vigueur ou que le savoir-faire reste secret et substantiel.