(3) Overwegende dat de volledig werkloze werknemer, bedoeld in artikel 71, lid 1, letter a), onder ii), of letter b), onder ii), recht heeft o
p de prestaties bij ziekte en moederschap, alsmede op de gezinsbijslagen die worden verstrekt door het bevoegde orgaan van de Lid-Staat waar hij woont, alsmede op het in aanmerking nemen van de tijdvakken waarin wegens volledige werkloosheid uitkeringen zijn verleend, voor de toekenning van uitkeringen bij invaliditeit en ouderdom door genoemd orgaan overeenkomstig de door dit orgaan toegepaste wetgeving (artikel 25, lid 2, artikel 39, lid 6, artikel 45, lid 6, en artikel 72 bis van Verordening (EE
...[+++]G) nr. 1408/71); dat het logisch is dat deze Lid-Staat in voorkomend geval de bijdragen voor die prestaties kan inhouden en dat het bijgevolg passend is bepalingen op te nemen die die Lid-Staat in staat stellen deze inhoudingen toe te passen indien zijn eigen wetgeving daarin voorziet; (
3) considérant que, dans la mesure où le travailleur en chômage complet visé à l'article 71 paragraphe 1 point a) ii) ou point b) ii) bénéficie des prestations de maladie et de maternité et des prestations familiales servies par l'institution compétente de l'État membre sur le territoire duquel il réside, ainsi que de la validation des périodes de chômage complet indemnisées en matière d'invalidité et de vieillesse par ladite institution conformément à la législation qu'elle applique [article 25 paragraphe 2, article 39 paragraphe 6, article 45 paragraphe 6 et article 72 bis du règlement (CEE) n° 1408/71], il est logique que cet État me
...[+++]mbre de résidence puisse retenir, le cas échéant, les cotisations afférentes à ces prestations et que, en conséquence, il convient d'introduire des dispositions permettant à cet État d'opérer ces retenues si sa propre législation le prévoit;