Art. 198. Zodra de stedenbouwkundige inspecteurs benoemd zijn, nemen ze de bevoegdheden en de taken bedoeld in artikel 66 tot en met 72 van het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996 over van de gemachtigde ambtenaren en zetten zij de herstelvorderingen voort die door genoemde gemachtigde ambtenaren werden ingeleid bij het parket of voor de burgerlijke rechter.
Art. 198. Dès que les inspecteurs urbanistes ont été nommés, ils reprennent les compétences et les missions visées aux articles 66 jusqu'à 72 du décret relatif à l'aménagement du territoire, coordonné le 22 octobre 1996, de la part des fonctionnaires autorisés et ils poursuivent les actions en réparation qui ont été introduites par les fonctionnaires autorisés précités auprès du parquet ou devant le juge civil.