b) dat de door de wet van 30 maart 1994 ingevoerde solidariteitsafhoudingen voor de begunstigden van publieke pensioenen en voor de begunstigden van private pensioenen aan wie geen kapitalen werden uitgekeerd, voordien niet méér voorzienbaar waren dan dit het geval is sinds het toepasselijk worden van het koninklijk besluit van 16 december 1996, bekrachtigd bij artikel 11, 2°, van de voormelde wet van 13 juni 1997, voor het in aanmerking nemen, voor de berekening van een solidariteitsafhouding op de maandelijks uitbetaalde wettelijke pensioenen aan de begunstigden van
private pensioenen aan wie kapitalen van groepsverzekeringen of pensioenfondsen werden uitbetaald, van een ...[+++]fictieve rente die overeenstemt met de hen voordien uitgekeerde kapitalen; b) les retenues de solidarité instaurées par la loi du 30 mars 1994 à charge d
es bénéficiaires de pensions publiques et des bénéficiaires de pensions pri
vées auxquels aucun capital n'a été versé n'étaient pas davantage prévisibles que ce n'est le cas depuis que l'arrêté royal du 16 décembre 1996, confirmé par l'article 11, 2°, de la loi précitée du 13 juin 1997, a été rendu applicable pour la prise en compte, lors du calcul d'une retenue de solidarité sur les pensions légales payées mensuellement aux bénéficiaires de pensions privées
...[+++]auxquels les capitaux d'une assurance-groupe ou d'un fonds de pension ont été payés, d'une rente fictive correspondant aux capitaux qui leur ont été versés antérieurement;