Met het door de verzoekers bekritiseerde criterium wordt een onderscheid gemaakt binnen de categorie van de inwoners van België respectievelijk van Nederlan
d die pensioenen en andere inkomsten als bedoeld in artikel 18, § 1, a, van het nieuwe belastingverdrag ontvangen, die afkomstig zijn uit de andere Staat alwaar ze fiscaal gefacilieerd zijn opgebouwd en
die in de woonstaat niet word
en belast tegen het algemeen van toepassing zijnde belastingtarief voor inkomsten verkreg
...[+++]en uit niet zelfstandige beroepen, naargelang het totale brutobedrag van die inkomstenbestanddelen die in de Staat waaruit ze afkomstig belastbaar zouden zijn, in het kalenderjaar het bedrag van 25.000 euro te boven gaat (hierna « de grens van 25.000 euro » genaamd).Le critère critiqué par les requérants établit une distinction au sein de la catégorie des résidents de Belgique et des résidents des Pays-Bas qui perçoiven
t des pensions et d'autres revenus visés à l'article 18, § 1, a, de la nouvelle convention fiscale, lesquels proviennent de l'autre Etat, où ils ont été constitués sur la base d'avantages fiscaux et qui
ne sont pas imposés dans l'Etat de résidence au taux d'imposition généralement applicable aux revenus de professions dépendantes, selon que le montant brut total de ces éléments de
...[+++]revenu qui seraient imposables dans l'Etat d'où ils proviennent excède le montant de 25.000 euros au cours de l'année civile (appelé ci-après la « limite de 25.000 euros »).