25. herinnert aan de evaluatie van de begroting 2010 door de Commissie, waarin werd vastgesteld dat "Europese meerwaarde" een van de kernbeginselen hiervan was; dringt erop aan dat dit beginsel de hoeksteen moet vormen van alle uitgaven en dat EU-financiering, met name die in het kader van het ESF, niet mag worden gebruikt om nationale methoden van aanpak te subsidiëren, maar moet worden ingezet om extra ondersteuning te bieden aan de programma's inzake actief ouder worden van de lidstaten;
25. rappelle la révision budgétaire de 2010 de la Commission, qui a classé la "valeur ajoutée européenne" parmi ses principes essentiels; insiste pour que ce principe constitue la pierre d'angle de toutes les dépenses et que le financement de l'Union, notamment celui du FSE, ne serve pas à subventionner des approches nationales, mais à apporter un soutien supplémentaire aux programmes de vieillissement actif des États membres;