De Koning kan, bij een besluit vasgesteld na overleg in de Ministerraad en na advies van de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer, wetsbepalingen aanpassen die betrekking hebben op de wijze van inzameling en mededeling van gegevens om deze in overeenstemming te brengen met de regels en modaliteiten die Hij heeft vastgelegd in uitvoering van het eerste lid.
Le Roi peut, par arrêté délibéré en Conseil des ministres et après avis de la Commission de la Protection de la Vie Privée, adapter des dispositions légales relatives au mode de collecte et de communication de données afin de les rendre conformes aux règles et modalités qu'Il a fixées en exécution du premier alinéa.