Voor de aanvragen om principeakkoord betreffende bedden van rustoorden en bedden voor kortstondig verblijf kan de Minister onverminderd de programmeringregels vastgesteld in artikel 6, § 2, 1°, 3° en 4° en in artikel 6, § 4, 2° en 3°, van het decreet en gezien het aantal beschikbare bedden op grond van de in § 5 bedoelde wachtlijst elk jaar op 1 april en 1 oktober beslissen op grond van de criteria bedoeld in artikel 8, § 1, van het decreet.
Pour les demandes d'accord de principe concernant des lits de maison de repos et les lits de court séjour, sans préjudice des règles de programmation établies à l'article 6, § 2, 1°, 3° et 4°, et de l'article 6, § 4, 2° et 3°, du décret, au vu du nombre de lits disponibles en tenant compte de la liste d'attente visée au § 5, chaque 1 avril et 1 octobre, le Ministre peut statuer sur la base des critères visés à l'article 8, § 1, du décret.