Die bezorgdheid werd nog groter toen het Comité I vaststelde dat de inlichtingendiensten een aantal reflexen hadden ontwikkeld bij de behandeling van aanvragen (bijvoorbeeld de weigering om een individuele veiligheidsmachtiging toe te kennen aan personen die getrouwd zijn of samenwonen met een partner van vreemde nationaliteit, omdat met betrekking tot deze laatste geen onderzoek kon worden verricht).
Ces inquiétudes se sont accrues lorsque le Comité R a constaté que les services de renseignements avaient adopté un certain nombre de réflexes dans le traitement de ces demandes (par exemple, refus d'octroyer une habilitation de sécurité individuelle à des personnes mariées ou cohabitant avec un partenaire de nationalité étrangère sous prétexte qu'il est impossible d'effectuer une enquête de sécurité sur ce dernier).