23. onderstreept dat het bevorderen van de deelname van vrouwen aan het arbeidsproces niet alleen moet worden gezien als een noodzakelijke bescherming tegen het risico van armoede, waarvan hoofdzakelijk vrouwen het slachtoffer zijn, maar ook als een middel om de balans in stand te houden tussen het aantal werkenden en het aantal niet-werkenden, een balans die door de vergrijzing bedreigd wordt;
23. souligne que le développement de l'activité féminine doit être perçu non seulement comme une protection nécessaire contre le risque de pauvreté, qui affecte principalement les femmes, mais également comme un moyen de préserver l'équilibre entre le nombre d'actifs et d'inactifs, menacé par le vieillissement de la population;