Art. 47. § 1. Onverminderd artikel 151, § 3, van de wet, samen te lezen met artikel 73, § § 3 en 4, van de wet, vormt het loutere feit van de indiening van de aanvraag tot deelneming, de aanvraag tot kwalificatie of van de offerte, voor de opdrachten waarvan het geraamd bedrag lager is dan de drempels voor de Europese bekendmaking, een impliciete verklaring op erewoord van de kandidaat of van de inschrijver dat hij zich niet bevindt in één van de toepasselijke uitsluitingsgevallen.
Art. 47. § 1. Sans préjudice de l'article 151, § 3, de la loi, lu en combinaison avec l'article 73, §§ 3 et 4, de la loi et pour les marchés dont le montant estimé est inférieur aux seuils fixés pour la publicité européenne, le simple fait d'introduire la demande de participation, la demande de qualification ou l'offre constitue une déclaration implicite sur l'honneur du candidat ou du soumissionnaire qu'il ne se trouve pas dans un des cas d'exclusion applicable.