Art. 5. De personeelsleden die met toepassing van het koninklijk besluit van 1 april 1996 betreffende de bevorderi
ng tot de graad van adjudant bij de rijkswacht, het brevet van hoofdonderofficier hebben verworven en die, op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit, reeds zijn aangewezen voor een ander ambt dan een commandoambt, kunnen dat ambt, voor zover dat, op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit besluit, volgens de organieke tabellen overeenstemt met een graad van t
en minste adjudant, vanaf de inwerkingtreding van
...[+++] dit besluit in competitie stellen.
Art. 5. Les membres du personnel qui ont obtenu, en application de l'arrêté royal du 1 avril 1996 relatif à l'avancement au grade d'adjudant de gendarmerie, le brevet de sous-officier supérieur, et qui, à la date de l'entrée en vigueur du présent arrêté, étaient déjà désignés à un emploi autre qu'un emploi de commandement, peuvent, à partir de la date de l'entrée en vigueur du présent arrêté, mettre cet emploi en compétition à condition que, au moment de l'entrée en vigueur du présent arrêté, il correspond, selon les tableaux organiques, au moins à un grade d'adjudant.