De Europese Gemeenschappen en hun Lid-Staten alsmede Oostenrijk, Noorwegen, Zweden en Finland verklaren dat de bepalingen van artikel 7 onderworpen zijn aan de conventionele regels uit het internationale recht betreffende de jurisdictie over onderzeese kabels en pijpleidingen of, indien dergelijke regels ontbreken, aan het algemene internationale recht.
Les Communautés européennes et leurs États membres, ainsi que l'Autriche, la Norvège, la Suède et la Finlande, déclarent que les dispositions de l'article 7 sont soumises aux règles d'usage du droit international en matière de juridiction sur les câbles et pipelines sous-marins ou, en l'absence de telles règles, au droit international général.