Wanneer de bevoegde administratieve instanties vaststellen dat de gecertificeerde aanvraag voor een vergunning of de in overeenstemming met artikel 10, lid 1, gecertifieerde vervangingsaanvraag onjuiste verklaringen bevat die hetzij opzettelijk hetzij ten gevolge van grove nalatigheid zijn aangebracht, wordt de betrokken aanvrager door de bevoegde instanties uitgesloten van de procedure voor de toewijzing van contingenten voor de daaropvolgende contingentsperiode, en eventueel voor de lopende periode.
Lorsqu'il est constaté par les autorités administratives compétentes que la demande de licence ou la demande de remplacement certifiée conformément à l'article 10 paragraphe 1 comporte de fausses déclarations faites délibérément ou par négligence grave, le demandeur concerné est exclu par les autorités compétentes de la procédure pour l'attribution ouverte pour la période contingentaire suivante et, le cas échéant, pour la période en cours.