193. herinnert eraan dat bij het Verdrag van Maastricht uit 1992 het begrip „burgerschap van de Unie” werd ingevoerd, waarbij alle burgers van de Unie het recht werd verleend vrij op het grondge
bied van de Unie te reizen en te verblijven, te stemmen en zich kandidaat te stellen bij verkiezingen voor de gemeenteraad en het Europees Parlement in de lidstaat waar hij of zij verblijf houdt, beschermd te worden door de diplomatieke of consulaire autoriteiten van eender welke lidstaat, een verzoekschrift tot het Europees Parlement te richten en een beroep te doen op de Europese Ombudsman, alsook een reeks rechten op verschillende gebieden, zoa
...[+++]ls het vrije verkeer van goederen en diensten, consumentenbescherming, volksgezondheid, gelijke kansen, gelijke behandeling, alsmede toegang tot de arbeidsmarkt en sociale bescherming; merkt op dat de rechten in verband met het burgerschap van de Unie bij de Verdragen van Amsterdam (1997) en Lissabon (2009) verder zijn versterkt; 193. rappelle qu’en 1992, le traité de Maastricht a introduit la notion de «citoyenneté de l’Union», qui confère à tout citoyen de l’Union le droit de circuler et de résider librement sur le territoire de l
’Union, le droit de vote actif et passif aux élections municipales et à l’élection du Parlement européen dans l’État membre de résidence, le droit à la protection des autorités diplomatiques ou consulaires de tout État membre, le droit d’adresser des pétitions au Parlement européen ou de saisir le Médiateur européen, ainsi que de nombreux droits dans des domaines divers comme la libre circulation des biens et des services, la protectio
...[+++]n des consommateurs, la santé publique, l’égalité des chances et l’égalité de traitement et l’accès à l’emploi et à la protection sociale; note que les traités d’Amsterdam (1997) et de Lisbonne (2009) ont encore renforcé les droits conférés par la citoyenneté de l’Union;