33. is van mening en begrijpt dat de onverstandige verdeling van de betalingen die Philip Morris overeenkomstig het akkoord heeft gedaan, een grote afschrikking vormen voor andere fabrikanten om soortgelijke akkoorden te sluiten of regelingen te treffen en wijst de Commissie en de lidstaten erop dat het, vóór andere akkoorden worden ondertekend, voor alle partijen duidelijk moet zijn dat toekomstige betalingen worden gebruikt voor fraudebestrijding;
33. considère et comprend que la répartition inopportune des versements effectués par Philip Morris au titre de l'accord dissuade amplement les autres fabricants de conclure des accords ou des arrangements analogues et demande à la Commission et aux États membres d'indiquer clairement à toutes les parties, avant la signature d'autres accords, que les versements futurs seront destinés à la lutte contre la fraude;