Het Hof heeft in voormelde arresten geoordeeld dat « een dergelijke toelating door een decreet niet de procedureregels inzake de vrijwillige tussenkomst wijzigt, doch slechts een bijkomende categorie van tussenkomende partijen aanwijst die verband houdt met een aan de decreetgever toegewezen aangelegenheid » (arrest nr. 57/2002, B.8.3; arrest nr. 152/2002, B.8.3).
Dans les arrêts précités, la Cour a considéré qu'« une telle autorisation donnée par un décret ne modifie pas les règles de la procédure concernant l'intervention volontaire, mais désigne seulement une catégorie supplémentaire de parties intervenantes qui est en rapport avec la matière attribuée au législateur décrétal » (arrêt n° 57/2002, B.8.3; arrêt n° 152/2002, B.8.3).