« Art. 387ter decies — Ten opzichte van derden die te goeder trouw zijn, wordt de andere dan de ouder aan wie de ouder overeenkomstig artikel 387undecies een deel van zijn rechten en plichten ten aanzien van zijn kind overdraagt, geacht te handelen met instemming van de beide ouders van het kind wanneer hij een handeling stelt die met deze overdracht verband houdt, behoudens de bij de wet bepaalde uitzonderingen.
« Art. 387ter decies. — À l'égard des tiers de bonne foi, la tierce personne à qui le parent transfère une partie de ses droits et obligations à l'égard de son enfant conformément à l'article 387undecies est réputé agir avec l'accord des deux parents de l'enfant quand il accomplit un acte lié à ce transfert sous réserve des exceptions prévues par la loi.