Bij deze richtlijn worden voorschriften vastgesteld voor het aanvullende toezicht op gereglementeerde entiteiten waaraan vergunning is verleend in overeenstemming met artikel 6 van Richtlijn 73/239/EEG, artikel 4 van Richtlijn 2002/83/EG , artikel 5 van Richtlijn 2004/39/EG , artikel 3 van Richtlijn 2005/68/EG , artikel 6 van Richtlijn 2006/48/EG , artikel 5 van Richtlijn 2009/65/EG , artikel 14 van Richtlijn 2009/138/EG , of de artikelen 6 t/m 11 van Richtlijn 2011/61/EU , en die deel uitmaken van een financieel conglomeraat.
La présente directive énonce les règles organisant la surveillance complémentaire des entités réglementées qui ont obtenu un agrément conformément à l’article 6 de la directive 73/239/CEE, à l’article 4 de la directive 2002/83/CE , à l’article 5 de la directive 2004/39/CE , à l’article 3 de la directive 2005/68/CE , à l’article 6 de la directive 2006/48/CE , à l’article 5 de la directive 2009/65/CE , à l’article 14 de la directive 2009/138/CE ou aux articles 6 à 11 de la directive 2011/61/UE , et qui appartiennent à un conglomérat financier.