§ 1. Van de inschrijvingsgelden van het Deeltijds Kunstonderwijs, zoals bepaald in artikel 100ter wordt een deel toegewezen aan het fonds " Inschrijvingsgelden Deeltijds Kunstonderwijs" , dat een begrotingsfonds is in de zin van artikel 45 van de wetten op de rijkscomptabiliteit, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 17 juli 1991, verder genoemd " het Fonds" .
§ 1. Une partie des droits d'inscription de l'enseignement artistique à temps partiel, tels qu'ils sont fixés à l'article 100ter , est attribuée au Fonds " Inschrijvingsgelden Deeltijds Kunstonderwijs" , qui est un fonds budgétaire au sens de l'article 45 des lois sur la comptabilité de l'Etat, coordonnées par l'arrêté royal du 17 juillet 1991, dénommé ci-après " le Fonds" .