Het voorstel van bijzondere wet (St. Senaat, 5-428/1) voegt in Hoofdstuk II, Afdeling 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, dat betrekking heeft op de samenstelling van de Parlementen, een artikel 24ter in dat bepaalt dat, wanneer een lid van het Vlaams Parlement of het Waals Parlement zich kandidaat heeft gesteld bij de verkiezingen voor een andere parlementaire assemblee en hiervoor verkozen is, hij zijn eerste hoedanigheid van rechtswege verliest zodra de kiesverrichtingen geldig zijn verklaard en het onderzoek van de geloofsbrieven met gunstig gevolg is afgerond, dus voor de eedaflegging.
La proposition de loi spéciale (do c. Sénat, n 5-428/1) vise à insérer dans le chapitre II, section 1, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, qui concerne la composition des parlements, un article 24ter prévoyant que le membre du Parlement de la Communauté française, du Parlement wallon ou du Parlement flamand qui s'est porté candidat à l'élection d'une autre assemblée parlementaire et a été élu membre de celle-ci perd sa première qualité dès l'instant où son élection a été proclamée, et donc non pas lorsqu'il prête serment.