De overeenkomsten worden op vrijwillig basis gesloten en stellen bankgroepen in staat om te beoordelen of dergelijke overeenkomsten in het belang van de groep zouden zijn (een groep kan meer of minder geïntegreerd zijn en in meer of mindere mate een gemeenschappelijke strategie hebben) en om de ondernemingen te identificeren die partij bij deze overeenkomst zouden moeten zijn (het kan wenselijk zijn om ondernemingen met riskantere activiteiten uit te sluiten).
Ces accords étant volontaires, chaque groupe bancaire peut décider si un tel dispositif serait dans son intérêt (un groupe peut être plus ou moins intégré et poursuivre avec plus ou moins de détermination une stratégie commune) et identifier les sociétés qui devraient y participer (il peut être judicieux d'en exclure les sociétés exerçant des activités plus risquées).