Art. 3. In toepassing van artikel 26bis, § 2bis van de arbeidswet van 16 maart 1971 en overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 19 september 2005 tot vaststelling van de onderhandelingsprocedure tot verhoging van het quotum overuren waarvoor de werknemer kan afzien van de inhaalrust in toepassing van artikel 26 bis, § 2bis van de arbeidswet van 16 maart 1971, wordt, voor de werknemers bedoeld in artikel 1, het aantal overuren waarvoor kan worden afgezien van inhaalrust verhoogd tot 66 uren.
Art. 3. En application de l'article 26bis, § 2bis de la loi sur le travail du 16 mars 1971 et conformément aux dispositions de l'arrêté royal du 19 septembre 2005 déterminant la procédure de négociation augmentant le quota d'heures supplémentaires pour lesquelles le travailleur peut renoncer à la récupération en application de l'article 26bis, § 2bis de la loi du 16 mars 1971 sur le travail, le nombre d'heures supplémentaires pour lesquelles il peut être renoncé à la récupération est augmenté à 66 heures pour les travailleurs visés à l'article 1.