Er wordt rekening gehouden met de bestaansmiddelen van de vreemdeling bij wie men zich voegt, en van zijn familieleden als bedoeld in artikel 10, § 1, eerste lid, 4º, 5º en 6º, met uitsluiting van de sociale financiële hulp als bedoeld in artikel 60, § 3, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en van het leefloon als bedoeld in artikel 14 van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, alsook met de omvang van het gezin.
Sont pris en compte les moyens de subsistance de l'étranger rejoint et des membres de la famille visés à l'article 10, § 1, alinéa 1, 4º, 5º et 6º, à l'exclusion de l'aide sociale financière visée à l'article 60, § 3, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale ou du revenu d'intégration visé à l'article 14 de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale et la taille de la famille.