« De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad en na advies van de Koninklijke Academieën voor Geneeskunde, de lijst van activiteiten vaststellen die tot het dagelijkse leven behoren et die niet tot de uitoefening van de geneeskunst, de verpleegkunde, de kinesitherapie of een paramedisch beroep behoren.
« Le Roi peut fixer, par arrêté délibéré en Conseil des ministres et après avis des Académies Royales de Médecine, la liste des activités qui ont trait à la vie quotidienne et qui ne relèvent pas de l’exercice de l’art de guérir, de l’art infirmier, de la kinésithérapie ou d’une profession paramédicale.