Bovendien zou een handhaving van dat verschil in behandeling tot gevolg hebben dat de korpschefs die bevoegd zijn om over een mobiliteitsmaatregel te beslissen, zouden worden geconfronteerd met een verschillende regeling naargelang de betrokken magistraat onder de regeling van de artikelen 32 en 150, of die van artikel 152 valt, terwijl beide categorieën gemeen hebben dat zij benoemd zijn op het niveau van het rechtsgebied van het hof van beroep en onderworpen zijn aan een mobiliteit die zich uitstrekt tot dat hele rechtsgebied.
En outre, le maintien de cette différence de traitement aurait pour effet que les chefs de corps compétents pour décider d'une mesure de mobilité seraient confrontés à un régime différencié selon que le magistrat concerné relève du régime des articles 32 et 150, ou de celui de l'article 152, alors même que les uns comme les autres ont en commun d'avoir été nommés au niveau du ressort de la cour d'appel, et sont soumis à une mobilité couvrant l'ensemble de ce ressort.