2. Wanneer er duidelijke objectieve bewijzen zijn dat een schip dat vaart in de in artikel 3, lid
1, onder b) of d), bedoelde gebieden een inbreuk heeft begaan in het in artikel 3, lid 1, onder d), bedoelde gebied, resulterend in een lozing die ernstige schade veroorzaakt of dreigt te veroorzaken aan de kustlijn o
f daaraan gelieerde belangen van de betrokken lidstaat, dan wel aan enige rijkdommen van de in artikel 3, lid 1, onder b) of d), bedoelde gebieden, legt deze staat, op voorwaarde dat het bewijsmateriaal dit rechtvaardigt, de
...[+++]zaak overeenkomstig zijn nationaal recht voor aan zijn bevoegde autoriteiten voor met het oog op het instellen van rechtsvervolging uit hoofde van deel XII, afdeling 7, van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 1982, met inbegrip van het vasthouden van het schip.2. Lorsqu'il existe une preuve manifeste et objective qu'un navire naviguant dans les zones visées à l'article 3, paragraphe 1, points b) ou d), a commis, dans la zone visée à l'article 3, paragraphe 1, point d), une infraction ayant entraîné des rejets qui ont causé ou risquent de causer des
dommages importants au littoral ou aux intérêts connexes de l'État membre concerné ou à toutes ressources dans les zones visées à l'article 3, paragraphe 1, points b) ou d), cet État, sous réserve de la partie XII, section 7, de la convention des Nations unies sur le droit de la mer de 1982, et si les éléments de preuve le justifient, saisit ses aut
...[+++]orités compétentes en vue d'intenter une action, comportant entre autres l'immobilisation du navire, conformément à son droit interne.