De heer Laeremans repliceert dat de aanpassing van de financieringswet in 2001 het voordeel van de zogenaamde « Lambermont-turbo » omvatte waardoor de inkomsten uit de personenbelasting (en dus van de « juste retour ») als verdeelsleutel zwaarder doorwogen bij de overheveling dan het behoeftencriterium.
M. Laeremans réplique que l'adaptation de la loi de financement en 2001 englobait le mécanisme avantageux du « turbo-Lambermont » en vertu duquel le produit de l'impôt des personnes physiques (donc le « juste retour ») comme clé de répartition avait, dans le cadre du transfert, davantage de poids que le critère des besoins.