Steunend op de parlementaire voorbereiding van de wet stelde het Hof van Cassatie als principe voorop dat 'een discrepantie tussen de uiterlijke tekenen van welstand of het uitgavenpatroon en de aangegeven of gekende inkomsten waarvoor de belastingplichtige geen sluitende uitleg kan geven nadat hem dat is gevraagd, geldt als een aanwijzing van belastingontduiking' (Parl.St., Kamer, 2010-2011, DOC 53-1208/007, p.13).
Se fondant sur les travaux parlementaires de la loi la Cour a érigé en principe que 's’il existe un écart important entre les signes extérieurs de richesse ou le train de vie et les revenus connus ou déclarés pour lequel le contribuable ne peut fournir d’explication satisfaisante après avoir été interrogé à ce sujet, cela vaut comme indice de fraude fiscale' (Doc.Parl Chambre, 2010-2011, DOC 53-1208/007,p.13).